Wildsoorten en Werkzaamheden

Haas, Konijn, Fazant, Patrijs, Wilde eend, Houtduif en Ree zijn algemeen voorkomende wildsoorten. De Patrijs is in heel Nederland sterk afgenomen maar in het werkgebied van WBE De Groote Peel zijn nog redelijke aantallen aanwezig. Alleen in Zeeuws-Vlaanderen en Oost-Brabant worden nog vergelijkbare patrijzendichtheden aangetroffen.

Kenmerkend zijn verder de grote aantallen ganzen. Van november tot maart bivakkeren duizenden Rietganzen in het werkgebied en meestal ook honderden Kolganzen. Verder zijn gedurende het hele jaar enkele honderden Grauwe ganzen en enkele 10-tallen Nijlganzen aanwezig. Deze laatste twee soorten broeden ook in het werkgebied.

Sinds 2000 rukt het Wilde zwijn op in en rond de Groote Peel. Het beperken van schade door zwijnen - d.m.v. afschot en het assisteren van landbouwers bij wildwerende maatregelen en het afhandelen van schadegevallen - vergt steeds meer tijd.

Ook schadebeperking aan graangewassen door verjaging en afschot van houtduiven is een jaarlijks weerkerende activiteit.

Sinds 2019 wordt zenderonderzoek gedaan aan de Ospelse patrijspopulatie, Enkele 10-tallen vogels zijn voorzien van halsbandzenders en worden regelmatig uitgepeild om het terreingebruik in kaart te brengen. Doel van dit onderzoek is meer maatwerk te leveren in de bescherming van deze sterk afgenomen boerenlandvogel. Sinds 2016 worden in Ospel speciale patrijsakkers aangelegd via de provinciale regeling voor agrarisch natuurbeheer. In 2022 ging het om totaal 50 ha patrijsakkers.





Leden van de WBE zijn ook actief in de weidevogelbescherming. De laatste grutto´s van Limburg broeden in ons werkgebied. De afgelopen jaren ging het om 15-20 gruttobroedparen. En verder een 10-15 paar wulpen en scholeksters en zo´n 200 paar kieviten. In 2013, 2016, 2017, 2018, 2019, 2021 en 2022 werd het eerste Limburgse kievitsei in het werkgebied gevonden. Naast nestbescherming wordt veel tijd gestoken in het kort houden van de weidevogelpredatoren zwarte kraai en vos. Jaarlijks worden daartoe 150-200 kraaien en 15-30 vossen geschoten. In het broedseizoen van de weidevogels en de patrijzen zijn leden van de WBE wekelijks ´s nachts op pad om met gebruik van lamp, warmtebeeld- of nachtzichtkijker de vos te bestrijden. Dit is met name van groot belang voor de grutto´s. In 2016, 2017 en 2018 slaagden de grutto's in ons werkgebied er in resp. 0,67, 0,84 en 0,83 kuiken per broedpaar groot te brengen. Een resultaat dat ver boven het landelijk gemiddelde ligt en voldoende is om de populatie te laten groeien. Helaas heeft de droogte in 2019 en 2020 roet in het eten gegooid. In 2021 waren de omstandigheden beter maar helaas was ook toen het broedsucces beperkt. In 2022 was het opnieuw extreem droog. Ondanks de grote inspanningen vos en kraai kort te houden blijft de predatiedruk hoog. De steenmarter rukt op. Voor de weidevogels wordt 150 ha grasland in de WBE pas na 1 juli gemaaid. Ook via de provinciale regeling voor agarisch natuurbeheer.



Indien nodig wordt door leden van de WBE grasland een dag voor het maaien systematisch afgezocht op reekalveren. Zo wordt voorkomen dat de kalfjes  doodgemaaid worden. Ook hazen, fazanten, patrijzen en kwartels worden zo uit de graspercelen gejaagd. Voor de agrariërs is dit ook belangrijk. Zij krijgen zo geen kadavers in hun balen gras.



Verder wordt door leden van de WBE een gemeentebos beheerd. Hier wordt in de randzone jaarlijks gedund om een mooie zoom/mantelvegetatie te creëren.




De wildbeheereenheid is de vereniging van lokale jachthouders en jagers die uitvoering geeft aan verantwoord en duurzaam wildbeheer.